Historisch

Dit hoofdstuk beperkt zich  tot een beknopt overzicht van Rome tot aan de keizerstijd.

Volgens de overlevering werd Rome dus gesticht in het jaar 753 v C. Dat jaar dient als het jaar 1 van de Romeinse kalender die begint te tellen Ab Urbe Condita; sinds de stichting van de stad. Opgravingen toonden aan dat er reeds voordien menselijke activiteit op de Palatijnse heuvel was.

De eerste bewoners van de streek waren vermoedelijk Indo-europese volken die migreerden vanuit het oosten. In de tijd van de legendarische stichting van de stad Rome leefden in Italië de Latijnen tussen de Etrusken en de Griekse kolonisten met als voornaamste nederzetting, Rome, een kleine plaats aan de Tiber. Door die omstandigheden veranderden ze van simpele landbouwers in te duchten soldaten. Nadat ze door de Etrusken veroverd werden, kregen de Romeinen een afkeer voor de monarchie en keken op naar het Grieks model van democratie. De Latijnen namen de Griekse goden en cultuur over en na de ineenstorting van het Etruskische rijk stapten de Romeinen in het ontstane machtsvacuüm. In 510 v C. verwierven de Romeinen hun onafhankelijkheid van de Etrusken en in 398 v C. veroverden ze de stad Veii, de eerste keer dat een vreemd leger voet zette in één van de 12 steden van de Etruskische Liga. In het volgende jaar werden ze allemaal veroverd. In de drie Samnitische oorlogen (343 – 290 v C.) veroverde Rome een reeks Italiaanse stadsstaten en de Galliërs van de Po-vlakte. De volgende uitdaging kwam van Pyrrhus, die in 280 v C. bijna geheel Zuid-Italië en Sicilië bezat. Pyrrhus hielp de Griekse kolonisten in hun strijd tegen Rome en Carthago. In 272 v C., na zijn dood, viel zijn rijk volledig uiteen. In de 3 Punische oorlogen die daarna volgden nam Rome het op tegen Carthago, hun voormalige bondgenoot tegen Pyrrhus. Uiteindelijk werd Carthago in 146 v C. verslagen en onderworpen. Intussen werd ook Griekenland veroverd. En Rome beheerste de Middellandse Zee.

Tot dan tot bestonden de Romeinse legioenen uit boeren die door te vechten, een dienst aan de staat bewezen. Door de langere militaire campagnes, werden de onbewerkte akkers opgekocht door de aristocratische landeigenaars en werden de legioenen bemand door professionele soldaten, die eerder trouw waren aan hun bevelhebber dan aan de staat. Dit leidde tot een aantal onderlinge oorlogen, tot uiteindelijk Julius Caesar een einde maakte aan de republiek. Zijn opvolger, Octavianus, een verre neef en later bekend als Augustus, stelde het keizerrijk in en er volgde een periode van 200 jaar vrede en welvaart voor Europa onder leiding van Rome.

 

Beeld van Augustus, die het keizerrijk instelde