De roof van de Sabijnse maagden

Na de stichting van de stad verzamelde Romulus de herders uit de omgeving om zijn stad te bevolken. Maar er waren geen vrouwen. Daarom organiseerde hij een feestmaal waarop hij de Sabijnen uitnodigde samen met hun echtgenotes en dochters. Gedurende het feest, op een afgesproken teken, kaapten de jonge Romeinen de vrouwen en bevochten de mannen. Enige tijd later wilden de Sabijnen onder leiding van Titus Tazio wraak nemen en hun vrouwen bevrijden. Een jong meisje, Tarpea, opende de stadspoort. Daarvoor werd ze gestraft en werd verpletterd onder de schilden van de Romeinse soldaten. Ze gaf haar naam aan een rots vanwaar ter dood veroordeelden werden geworpen. De Sabijnen kwamen de stad binnen, maar zodra het gevecht begon, kwamen de vrouwen tussenbeide en bedongen een wapenstilstand. Vele meisjes waren verliefd op de jonge Romeinen en konden niet aanvaarden dat hun vaders en echtgenoten ze bevochten. De vrede werd hersteld en Romulus en Titus Tazio bestuurden samen enige tijd de stad; Sabijnen en Romeinen werden één volk.

De roof van de Sabijnse Maagden (Nicolas Poussin,Metropolitan Museum of Art, New York)