De Concordiatempel

De Concordiatempel zou op initiatief van de grote Camillus tot stand gekomen zijn: als Tempel van de Eenheid (concordia) zou hij het symbool zijn van het einde van de klassenstrijd tussen Patriciërs en Plebejers die met de wetten van Licinius Sextus in 367 v C. afgesloten werd. Die wetten regelden de politieke gelijkheid van de beide standen. De tempel werd in 121 v C. na de moord op Gaius Gracchus in 7 v C. en 10 n C. door Tiberius heropgericht. De cella was 45 meter breed en 24 meter diep, wat een eerder ongewone vorm was. Dit was te wijten aan de poging tot optimaal gebruik van de beschikbare ruimte. Maar buiten het podium is er niets meer bewaard gebleven. Tiberius gebruikte de tempel als een museum, een opsomming van de bewaarde kunstschatten vinden we terug bij Plinius de Oudere. Tijdens de republiek was de tempel het toneel van belangrijke historische gebeurtenissen. Soms zetelde hier de Senaat en Cicero hield hier zijn beroemde 4de redevoering tegen Catilina.

Ook van de Concordia tempel blijven slechts enkele zuilen over.